Frontpage Magazine groef deze week een relatief recent bericht op met een niet minder schandalige Palestijnse bewering tegen een derde partij, namelijk dat de iconische Big Ben in Londen oorspronkelijk in het Arabische Jeruzalem zou hebben gestaan.
Voordat we verder gaan: de reden om over deze en soortgelijke absurde Palestijnse beweringen te schrijven is dat zij toch veel zeggen over de hoofdoorzaak van het Israëlisch-Palestijnse conflict. Palestijnse functionarissen en geestelijken beschuldigen routinematig de Joden (niet alleen de Israëli’s) van elk denkbaar kwaad, en zijn berucht wegens het herschrijven van de geschiedenis van deze regio, zelfs terwijl er overweldigend schriftelijk en archeologisch bewijs is.
En over het algemeen gelooft het volk hen. Op dit moment lijken de Palestijnse leiders zelfs hun eigen leugens te geloven.
Minder dan twee jaar geleden beweerde de officiële nieuwswebsite van de regerende Fatach-factie van de Palestijnse Autoriteit (de partij van president Machmoud Abbas), dat de toren die tegenwoordig bekend staat als de Big Ben van Londen oorspronkelijk een klokkentoren was bij de Hebronpoort (beter bekend als de Jaffapoort) in de Oude Stad van Jeruzalem.
De nieuwe klokkentoren bij de Hebronpoort (Jaffapoort) in 1910. (Foto: Public domain).
Volgens de website van Fatah (zie de Engelse versie hier) werd de klokkentoren van de Hebronpoort voltooid in 1909, toen Jeruzalem nog onder Ottomaans bewind stond. Nadat de Britten de stad in handen hadden gekregen en hun mandaat hadden gevestigd, gaven zij opdracht de klokkentoren te ontmantelen (wat waar is) en te verplaatsen, eerst naar een ander deel van Jeruzalem, en later naar Londen (wat niet waar is), waar hij uiteindelijk aan de noordkant van het Paleis van Westminster werd geplaatst.
Het maakt niet uit dat de klokkentoren op de oude foto duidelijk veel kleiner is dan de Big Ben. Wat de Palestijnse leugen echt ontmaskert is dat de Big Ben in 1859 werd gebouwd, dat is 50 jaar vóór de klokkentoren van Jeruzalem, en zo’n 60 jaar vóór de Britten de stad veroverden. Maar zulke ongemakkelijke waarheden schrikken Palestijnse propagandisten zelden af.
Het zich toe-eigenen van de geschiedenis van een ander volk is de modus operandi van de Palestijnse Autoriteit. Het bekendste voorbeeld is dat ze graag beweren dat Jezus een Palestijnse martelaar was (zie: Palestijnse premier: Jezus is voorbeeld voor terroristen), maar ze maken ook aanspraak op Abraham, Mozes en een hele reeks Joodse figuren uit de Bijbel. Misschien nog dwazer is dat zij tegelijkertijd beweren af te stammen van de oorspronkelijke Kanaänitische bewoners van de regio (zie: Waar komen de Palestijnen vandaan?.
Helaas mag dit historisch revisionisme, ondanks al het bewijs ertegen, een niet onbelangrijke rol spelen in het voortdurende conflict. De reden waarom de Palestijnen weigeren te voldoen aan Israëls voornaamste vredesvoorwaarde, het erkennen van de legitimiteit van de Joodse Staat, is dat zij zichzelf ervan hebben overtuigd dat die Staat historisch gezien onwettig is.
De internationale gemeenschap moet niet alleen ophouden geloof te hechten aan dit revisionisme, maar daadwerkelijk eisen dat de Palestijnen onderhandelen op basis van feiten, niet van fictie. Dat is wat de Westerse machthebbers zouden doen als de Palestijnen ooit daadwerkelijk aanspraak zouden maken op de Big Ben, en dat is wat zij ook moeten doen in het geval van Israël.
Wilt u meer nieuws over Israël ontvangen? Klik hier voor de dagelijkse gratis e-mail nieuwsbrief.