Abbas: Volgens de Koran stond de Joodse tempel in Jemen

De Palestijnse leider Mahmoud Abbas beweerde vorige week dat de Koran de Joodse tempel in Jemen beschrijft.

“In de edele Koran – en ik geloof ook in andere goddelijke boeken – staat dat de [eerste en tweede] tempel in Jemen stond”, zei Abbas op 23 april in een televisietoespraak tijdens de 32e zitting van de PLO-Centrale Raad in Ramallah.

Hij deed deze uitspraak in verband met zijn bewering dat de Israëlische autoriteiten de Al-Aqsa-moskee in Jeruzalem zouden aanvallen, die is gebouwd op de Tempelberg, waar ooit de Joodse tempel stond.

“De Joden zeggen: ‘Dat is van ons, dat was van ons…’. Nee, zo staat het niet in de Koran”, aldus Abbas volgens een vertaling van zijn Arabische toespraak door het Middle East Media Research Institute (MEMRI).

Wetenschappers, waaronder Nadav Shragai in zijn in 2020 verschenen boek ”Al-Aqsa Terror: From Libel to Blood” (Van laster tot bloed), hebben valse beweringen over de locatie van de Joodse tempel in de Koran geïdentificeerd als een trend in de recente pogingen tot geschiedvervalsing door Palestijnse nationalisten die de Joodse banden met deze plaats willen ontkennen en de moslim- of Arabische banden willen versterken.

“De pogingen van Palestijnse leiders zoals Yasser Arafat of Saeb Erekat om het bestaan van de tempel op de berg in twijfel te trekken of deze van deze plek te verwijderen door te beweren dat er weliswaar een tempel was, maar in Nablus of Jemen, hebben maar één motief”, schrijft Shragai: “De wens om een concurrerende Joodse geschiedschrijving en een concurrerend historisch en religieus bewustzijn van de Tempelberg te verdringen, omdat deze hun eigen historische en religieuze verhaal op de berg zouden kunnen overschaduwen.”

Ook Abbas’ voorganger, Yasser Arafat, herhaalde deze theorie. Op 25 september 2003 verklaarde Arafat voor Arabische leiders uit het noorden van Israël dat er geen Joodse tempel in het land Israël had gestaan, maar in Jemen. Arafat vertelde zijn toehoorders dat hij Jemen had bezocht en met eigen ogen de plek had gezien waar ooit de tempel van Salomo had gestaan.

Een jaar eerder had een andere hooggeplaatste PLO-vertegenwoordiger, Haj Zaki al-Ghul, verklaard dat koning Salomo over het Arabische schiereiland had geregeerd en dat hij zijn tempel daar had gebouwd en niet in Jeruzalem.

Professor Yitzhak Reiter van het Jerusalem Institute for Policy Research herleidt in een essay dat in 2011 in The American Interest verscheen, de Jemen-legende tot Kamal Salibi, emeritus hoogleraar aan de American University of Beirut en later directeur van het Royal Institute for Interfaith Studies in Amman. In een boek uit 1985 beweerde Salibi dat het bijbelse Jeruzalem in het Arabische Nimas-hoogland lag, halverwege Mekka en Jemen.

De Koran noemt Jeruzalem niet, maar al eeuwenlang erkennen moslimgeleerden dat de Joodse tempel daar stond, onder meer in de geschriften van Abu Jafar Muhammad bin Jarir al-Tabari, Muhammad al-Idrisi, die Jeruzalem in de 12e eeuw bezocht, de theoloog Taki ad-Din Ahmad ibn Taymiyyah (1263-1328) en de historicus Abd al-Rahman ibn Khaldun uit de 14e eeuw, aldus Shragai.

De huidige ontkenning van deze geschiedenis door moslims, vooral sinds 1967, is een relatief nieuwe politieke uitvinding die tot doel heeft Joodse aanspraken te delegitimeren en opruiing en geweld te rechtvaardigen onder het valse voorwendsel dat “Al-Aqsa in gevaar is”, schreef hij.

In dezelfde toespraak richtte Abbas scherpe woorden tot Hamas en riep hen op de Israëlische gijzelaars die zij vasthouden vrij te laten.

“[Hamas zegt:] ‘We zullen de Amerikaanse gijzelaar niet vrijlaten.’ Jullie hondenzonen, laat de [gijzelaars] vrij en bespaar ons dit! Neem de [Israëli’s] hun excuses weg”, riep hij uit.

Dit deel van zijn toespraak haalde wereldwijd de krantenkoppen. Sommige commentatoren beschouwden de uitspraak als bewijs dat Abbas een pragmaticus is die zich inzet voor de-escalatie van de oorlog in Gaza. Anderen interpreteerden Abbas’ kritiek op Hamas als een pose voor het westerse publiek, bedoeld om de agenda van de Palestijnse Autoriteit te dienen om de Gazastrook onder Israëlische en westerse bescherming over te nemen van hun aartsrivaal Hamas.