Netflix bracht onlangs een fascinerende film uit met de titel The Trial of the Chicago 7. Gesitueerd in de politiek gezien tumultueuze periode van de late jaren ’60 in de VS, laat het drama de Chicago Seven zien, een groep van anti-Vietnam demonstranten die terecht moesten staan na beschuldigd te zijn van samenzwering en het oversteken van staatsgrenzen met de bedoeling opstanden te veroorzaken tijdens de Democratische Nationale Conventie in Chicago in 1968.
Afgezien van het boeiende historische verslag van een van de beroemdste rechtszaken in de geschiedenis van de VS, is het feit dat drie van de zeven – Abbie Hoffman, Jerry Rubin en Lee Weiner – Joods waren, nogal intrigerend. Interessant is dat Joodse deelname in zaken aangaande sociale gerechtigheid altijd vrij prominent is geweest door de geschiedenis heen. Veel Joden, hoewel maar een kleine fractie uitmakend van de wereldbevolking, hebben consequent aan de frontlinies gestaan van grote sociale bewegingen in de VS en rond de wereld.
De Joodse gemeenschap was een belangrijke partner in de burgerrechtenbeweging in de jaren ’60. Om een van vele voorbeelden te noemen, de voorname Rabbi Abraham Joshua Heschel liep in 1965 in Selma zij aan zij met Martin Luther King Jr., gearmd met zwarte en blanke demonstranten. Zoals de Chicago Seven laten zien vulden Joden ook de gelederen van demonstraties tegen de Vietnamoorlog in de hele VS.
Als we aan de overzijde van de Atlantische Oceaan, buiten de VS, kijken, dan zien we dat Joden in andere plaatsen ook hebben gepleit voor zaken betreffende sociale gerechtigheid. Joden waren zeer actief in de socialistische revolutie in Rusland in 1917, zij zagen dit vaak als hoop op het bereiken van gelijkwaardigheid voor de vervolgde minderheden, met name de Joden.
Het zionisme werd door haar oprichters ook begrepen als een sociale reden om de onrechtvaardige staat van het Joodse volk te verbeteren, om van een vervolgde minderheid in veel landen, tot een meerderheidsbevolking in hun eigen thuisland te worden. En zelfs als je kijkt naar het Israël van vandaag, dan heeft het een rijke en meelevende burgermaatschappij.
Waarom zijn Joden zo actief in de strijd om sociale gerechtigheid?
Ik denk dat het antwoord tweeledig is, voortkomend uit met elkaar verweven Joodse waarden en traditie, samen met de historisch Joodse ervaring. Het Jodendom is gevuld met waarden en geboden die het najagen van gerechtigheid vereisen.
Een van de bekendste verzen over dit onderwerp vinden we in Deuteronomium 16:20, bevelend, ‘Gerechtigheid, gerechtigheid moet u najagen, opdat u leeft en het land dat de Heere, uw God, u geeft, in bezit neemt.’ De profeet Micha (6:8) vertelt ons voorts, ‘en wat de Heere van u vraagt: niets anders dan recht te doen, goedertierenheid lief te hebben en ootmoedig te wandelen met uw God.’ De waarde van gerechtigheid is diep ingebakken in de Joodse bronnen, die generaties lang regelmatig ijverig zijn bestudeerd.
Een andere belangrijke waarde die bij het Jodendom behoort Tikkoen Olam of ‘het verbeteren van de wereld’ in het Nederlands. Tikkoen Olam is een concept dat wordt geïdentificeerd met veel Joodse kringen en dat de betekenis heeft gekregen van sociaal activisme en gerechtigheid. Het is een bekend thema en motivatie voor Joodse organisaties die betrokken zijn bij sociale verandering. Dus, sociale gerechtigheid is niet slechts een aardig idee in de marges van het Jodendom maar het zit eerder in de voorste rijen van Joodse waarden.
De Joodse ervaringen in de geschiedenis zijn ook belangrijk om de wijdverspreide Joodse betrokkenheid in zaken van sociale gerechtigheid te begrijpen. De Joodse geschiedenis is vol van lijden. Wanneer we bij de Bijbel beginnen zijn er verscheidene belangrijke historische gebeurtenissen die gezamenlijke ontberingen voor het Joodse volk illustreren.
In Exodus leefde het volk Israël honderden jaren in slavernij. Toen de eerste tempel werd vernietigd in 586, werd het land veroverd en de mensen werden op brute wijze gedood en in ballingschap gevoerd.
Het verhaal van Esther beschrijft hoe het Joodse volk onder vervolging leed in het oude Perzië, waarin een Hitler-achtige figuur aan de macht kwam die die macht gebruikte om met genocide te dreigen tegen de Joodse gemeenschap.
Voorbeelden van Joods lijden eindigen niet met de Bijbel maar lopen door in de moderne geschiedenis. Joden in Europa werden getroffen door honderden jaren van Christelijk antisemitisme. Gedurende eeuwen waren Joden geen burgers, konden ze alleen werkzaam zijn in toegewezen beroepen en werden ze gewelddadig aangevallen in pogroms. Het hoogtepunt van het Europese antisemitisme was de Holocaust, waaraan minder dan honderd jaar geleden een einde kwam.
Deze geschiedenis van het lijden is diep ingebed in het Joodse collectieve geheugen. Hierdoor hebben Joodse mensen zich altijd sterk geïdentificeerd met de onderdrukten en de lijdenden. Het is een mechanisme dat in staat stelt zich te identificeren met de ander en het vermogen heeft empathie met hem te hebben. Joden weten hoe het is om zwak te zijn, onderdrukt en te lijden. Een centraal deel van de Joodse gemeenschappelijke ervaring is om een minderheid te zijn. In de afgelopen 2000 jaar hebben de Joden slechts 72 jaar een meerderheidsbevolking gevormd, sinds de oprichting van de Staat Israël in 1948.
Natuurlijk is het niet genoeg om een geschiedenis van lijden te hebben om empathie te kunnen hebben en zich te kunnen identificeren met hen die een gelijksoortig lot ervaren. Het moet gezamenlijk worden herdacht en doelgericht herinnerd.
Elke week, terwijl ze de Shabbat verwelkomen, worden Joden rond de wereld herinnerd aan hun lijden als slaven in Egypte. Dit is precies wat de Joodse traditie doet, elke week of zelfs dagelijks. Elke vrijdagavond wordt er gezegd, ‘Gezegend zijt Gij (…) die ons in liefde en goedheid Zijn heilige Shabbat heeft gegeven als een erfdeel; in herinnering aan het werk van de schepping; de eerste van de heilige feesten, de uittocht uit Egypte gedenkend.’
Gedurende het Purimfeest worden we er ook aan herinnerd, ‘In de dagen van Mordechai en Esther, in Shushan, de hoofdstad, toen Haman, de goddeloze, tegen hen opstond, en zocht te vernietigen, af te slachten en alle Joden uit te roeien, jong en oud, kinderen en vrouwen (…) en om hun bezittingen te plunderen.’
Als Joden worden we consequent herinnerd aan ons lijden en het onrecht dat ons is aangedaan. De Joodse traditie bewaart deze collectieve herinnering en leert ons vervolgens dat het antwoord is ‘Gerechtigheid, gerechtigheid zult u najagen’. De combinatie van de tekst, historische ervaring en traditie heeft het concept van sociale gerechtigheid permanent in de Joodse geest ingeprent. Het is daarom alleen maar natuurlijk dat zo veel Joden ervoor kiezen om gerechtigheid na te jagen d.m.v. sociaal activisme, niet alleen voor zichzelf maar voor de wereld.
Wilt u meer nieuws over Israël ontvangen? Klik hier voor de dagelijkse gratis e-mail nieuwsbrief.