Shabbats­lezingen: Vrouwen tellen ook mee

De dochters van Zelafchad, die gestorven was zonder zonen na te laten, vroegen om een erfdeel, zodat de naam van hun vader zou blijven voortbestaan. Mozes legde hun vraag aan God voor en kreeg antwoord: ‘u moet hun inderdaad een eigen erfelijk bezit geven’.

Door Anat Schneider |

In het volk Israël, en in het Koninkrijk van God, bestaan geen eersterangs en tweederangs burgers. Ook in de Staat Israël, die uit zo veel verschillende bevol­kings­groepen bestaat, mogen geen sectoren zich achter­gesteld voelen.

De Bijbelgedeelten voor de komende shabbat Pinchas (Pinehas) zijn:

✡ Torahlezing: Numeri 25:10 – 30:1,
✡ Profetenlezing: 1 Koningen 18:46 – 19:21,
✡ Brit Chadashah, Nieuwe Testament: Johannes 2:13-25.
In verband met het thema wijken we daar van af.

Een gedeelte uit de Torahlezing
Toen kwamen de dochters van Zelafead, de zoon van Hefer, de zoon van Gilead, de zoon van Machir, de zoon van Manasse, van de geslachten van Manasse, de zoon van Jozef, naar voren. Dit zijn de namen van zijn dochters: Machla, Noa, en Hogla, Milka en Tirza. Zij gingen staan voor Mozes en voor Eleazar, de priester, en voor de leiders en heel de gemeenschap, bij de ingang van de tent van ontmoeting, met het verzoek: Onze vader is gestorven in de woestijn, hoewel hijzelf niet behoorde tot de aanhang van hen die tegen de HEERE hadden samengespannen, tot de aanhang van Korach; hij is om zijn eigen zonde gestorven. Hij had echter geen zonen. Waarom zou de naam van onze vader uit het midden van zijn geslacht worden wegge­nomen, alleen maar omdat hij geen zoon had? Geef ons bezit te midden van de broers van onze vader.
Mozes bracht hun rechtszaak voor het aangezicht van de HEERE. En de HEERE sprak tot Mozes: De dochters van Zelafead hebben gelijk; u moet hun inderdaad een eigen erfelijk bezit geven, te midden van de broers van hun vader, en u moet het erfelijk bezit van hun vader op hen doen overgaan. En tegen de Israëlieten moet u zeggen: Wanneer iemand sterft en geen zoon heeft, dan moet u zijn erfelijk bezit op zijn dochter doen overgaan. En als hij geen dochter heeft, moet u zijn erfelijk bezit aan zijn broers geven. En als hij geen broers heeft, moet u zijn erfelijk bezit aan de broers van zijn vader geven. Als ook zijn vader geen broers heeft, moet u zijn erfelijk bezit aan zijn bloedverwant geven die uit zijn geslacht het nauwst aan hem verwant is, zodat die het in bezit neemt. Dit is voor de Israëlieten een rechts­veror­dening, zoals de HEERE Mozes geboden heeft.

Numeri 27:1-11 (HSV).

Een gedeelte uit de Profetenlezing
De stam Manasse had ook een lot, omdat hij de eerstgeborene van Jozef was. Machir, de eerstgeborene van Manasse, de vader van Gilead, kreeg namelijk Gilead en Basan, omdat hij een strijdbaar man was. Ook kregen de overgebleven nakomelingen van Manasse een deel, naar hun geslachten, namelijk de nako­me­lingen van Abiëzer, de nako­me­lingen van Helek, de nakomelingen van Asriël, de nakomelingen van Sechem, de nako­me­lingen van Hefer en de nako­me­lingen van Semida. Dit zijn de mannelijke nako­me­lingen van Manasse, de zoon van Jozef, naar hun geslachten.
Maar Zelafead, de zoon van Hefer, de zoon van Gilead, de zoon van Machir, de zoon van Manasse, had geen zonen, maar dochters, en dit zijn de namen van zijn dochters: Machla en Noa, Hogla, Milka en Tirza. Dezen kwamen naar voren, bij Eleazar, de priester, en bij Jozua, de zoon van Nun, en bij de leiders, en zeiden: De HEERE heeft Mozes geboden ons een erfelijk bezit te geven te midden van onze broeders. Daarom gaf hij hun, naar het bevel van de HEERE, een erfelijk bezit in het midden van de broers van hun vader. En aan Manasse vielen tien delen toe, behalve het land Gilead en Basan, dat aan de andere zijde van de Jordaan ligt. Want de dochters van Manasse ontvingen een erfelijk bezit te midden van zijn zonen, en het land Gilead was voor de overgebleven nakomelingen van Manasse.

Jozua 17:1-6 (HSV).

Een gedeelte uit het Nieuwe Testament
Maar nu het geloof gekomen is, zijn wij niet meer onder een leermeester. Want u bent allen kinderen van God door het geloof in Christus Jezus. Want u allen die in Christus gedoopt bent, hebt zich met Christus bekleed. Daarbij is het niet [van belang] dat men Jood is of Griek; daarbij is het niet [van belang] dat men slaaf is of vrije; daarbij is het niet [van belang] dat men man is of vrouw; want allen bent u één in Christus Jezus. En als u van Christus bent, dan bent u Abrahams nageslacht en overeenkomstig de belofte erfgenamen.
Galaten 3:25-29 (HSV).

De dochters van Zelafchad delen ook mee
In Numeri 27 ontmoeten we de dochters van Zelafchad, vijf dochters die alle bij naam worden genoemd – Machlah, Noah, Choglah, Milkah, en Tirtzah. U zult het met mij eens moeten zijn dat het vrij zeldzaam is dat vijf vrouwen in één adem in de Bijbel worden genoemd.

Er zijn veel vrouwen wier namen nooit in de Bijbel worden genoemd, bijvoorbeeld de vrouw van Lot, de dochter van Farao, de dochter van Jefta, en nog veel meer. Maar hier in deze passage hebben we een uitzondering. In feite worden de namen van de dochters van Zelafchad twee keer volledig genoemd, in hoofdstuk 26:33 en 27:1-11.

Hun eenvoudige, maar belangrijke verhaal is als volgt. Mozes verdeelt de erfdelen (stukken land) onder de kinderen van Israël, die allen mannen zijn. Maar Zelafchad was gestorven en had geen zonen. Zijn dochters wenden zich tot Mozes met het verzoek dat het erfdeel van hun vader aan hen wordt toegekend. Tot dan toe waren alle erfdelens naar de zonen van de over­ledene gegaan, en Mozes wist niet hoe hij hen moest antwoorden. Mozes besluit dat hij zich tot God moet wenden voor een antwoord – om verlicht te worden.

Mozes komt terug met een antwoord, dat de wet voor altijd verandert.

Wanneer we God benaderen met een open geest en verlicht denken, komen we tot revolu­tionaire veran­de­ringen die verder gaan dan elke geaccep­teerde logica of bestaande wet. Het is deze benadering die leidt tot echte vooruitgang, en zelfs tot verlossing. Want dit zijn geen eenvou­dige veranderingen, maar eeuwige veran­de­ringen. De dochters van Zelafchad krijgen hun antwoord en zij zullen een erfdeel ontvangen

God onderwijst Mozes dat de dochters van Zelafchad gelijk hebben en bevestigt hun recht op een erfdeel. Maar dit gaat veel verder dan de erfdelen voor deze vijf meisjes. Wat zij hebben gedaan heeft geleid tot een grote verandering in de wet, een verandering die erkent dat vrouwen waardig zijn voor een erfdeel.

Als vrouwen vandaag nog steeds het gevoel hebben dat ze niet gelijk zijn, laten we dan leren van de geschie­denis! Deze waardering van vrouwen was een enorme doorbraak in die tijd. De Bijbel leert ons hoe we ons leven moeten leiden. Het is niet alleen een mooi verhaal, maar een handboek voor het leven. Ook wij moeten God om wijsheid vragen, zodat wij echte veranderingen om ons heen teweeg kunnen brengen.

Wilt u meer nieuws ontvangen over Israël? Klik hier voor de dagelijkse gratis e-mail nieuwsbrief.