De Bijbelgedeelten voor de komende shabbat Ki Tetze (Wanneer u uittrekt) zijn:
✡ Torahlezing: Deuteronomium 21:10 – 25:19,
✡ Profetenlezing: Jesaja 54:1–10,
✡ Brit Chadashah, Nieuwe Testament: 1 Korinthe 5:1-5.
In verband met het thema wijken we daar van af.
Gedeelten uit de Torahlezing
Dit hoofdstuk van Deuteronomium bevat allerlei verboden. Betekenen die nog iets in deze tijd? Misschien niet in letterlijke zin, wel voor de gezindheid waarin we leven. Ze roepen ons op een mens uit één stuk te zijn, een man òf een vrouw, en duidelijke keuzes te maken in het leven: je ploegt of met ossen, of met ezels, je zaait planten zoals God die heeft gegeven, je draagt kleding of van wol, of van linnen. De kwastjes herinneren je aan het houden van Gods geboden. (Voor een Joodse uitleg zie Chabad).
De kleren van een man mogen niet door een vrouw gedragen worden, en een man mag geen vrouwenkleding aantrekken, want ieder die dat doet, is voor de HEERE, uw God, een gruwel.
Wanneer u onderweg een vogelnest tegenkomt, in welke boom dan ook of op de grond, met jongen of eieren, en de moeder zit op de jongen of op de eieren, dan mag u met de jongen niet ook de moeder meenemen. U moet de moeder zeker vrijlaten, maar de jongen mag u voor uzelf meenemen, opdat het u goed zal gaan en u uw dagen zult verlengen.
Wanneer u een nieuw huis bouwt, moet u op uw dak een borstwering maken, zodat u geen bloedschuld op uw huis laadt, wanneer iemand eraf valt.
U mag uw wijngaard niet met twee soorten zaad inzaaien; anders wordt de volle opbrengst van het zaad dat u gezaaid hebt, en de opbrengst van de wijngaard geheiligd.
U mag niet ploegen met een rund en een ezel tegelijk.
U mag geen kleding van twee soorten stof aantrekken, van wol en linnen tegelijk.
Aan de vier hoeken van het bovenkleed waarin u zich hult, moet u voor uzelf kwastjes maken.
Deuteronomium 22:5-12 (HSV).
Een gedeelte uit de Profetenlezing
Hoe lang hinken jullie nog op twee gedachten, hoe lang gaan jullie nog aan beide zijden mank, vroeg Elia aan de Israëlieten, die èn de Heer èn de afgod Baäl dienden. Maak een keuze!
Dan laat de profeet een offerwedstrijd houden. de God Die door vuur antwoordt, Die is God.
Toen zei hij: Ík heb Israël niet in het ongeluk gestort, maar ú [koning] en het huis van uw vader, doordat u de geboden van de HEERE verliet en achter de Baäls aan gegaan bent. Nu dan, stuur boden, breng heel Israël bijeen bij mij op de berg Karmel, met de vierhonderdvijftig profeten van de Baäl en de vierhonderd profeten van Asjera, die aan de tafel van Izebel eten. Daarop stuurde Achab boden naar alle Israëlieten, en bracht de profeten op de berg Karmel bijeen.
Toen kwam Elia naar voren, bij heel het volk, en zei: Hoelang hinkt u nog op twee gedachten? Als de HEERE God is, volg Hem, maar als het de Baäl is, volg hem! Maar het volk antwoordde hem niet één woord.
Toen zei Elia tegen het volk: Alleen ík ben overgebleven als profeet van de HEERE, maar de profeten van de Baäl zijn met vierhonderdvijftig man. Laat men ons dan twee jonge stieren geven. Laten zij voor zich de ene stier kiezen, die in stukken verdelen en op het hout leggen, maar ze mogen er geen vuur bij leggen. Dan zal ík de andere stier klaarmaken en op het hout leggen, maar er geen vuur bij leggen. Roept u daarna de naam van uw god aan, dan zal ík de Naam van de HEERE aanroepen. En de God Die door vuur antwoordt, Die is God. En het hele volk antwoordde en zei: Dat is goed.
1 Koningen 18:18-24 (HSV).
Een gedeelte uit het Nieuwe Testament
Paulus roept de gelovigen op om onverdeeld de Heer te dienen, en geen compromissen te sluiten. Ook niet op het gebied van verkering en huwelijk. Trouw niet met een ongelovige partner, want ‘het huwelijk is geen zendingsveld’.
Vorm geen ongelijk span met ongelovigen, want wat heeft gerechtigheid gemeenschappelijk met wetteloosheid, en welke gemeenschap is er tussen licht en duisternis? En welke overeenstemming is er tussen Christus en Belial? Of wat deelt een gelovige met een ongelovige? Of welk verband is er tussen de tempel van God en de afgoden? Want u bent de tempel van de levende God, zoals God gezegd heeft: Ik zal in hun midden wonen en onder hen wandelen, en Ik zal hun God zijn en zij zullen Mijn volk zijn. Ga daarom uit hun midden weg en zonder u af, zegt de Heere, en raak het onreine niet aan, en Ik zal u aannemen, en Ik zal u tot een Vader zijn, en u zult Mij tot zonen en dochters zijn, zegt de Heere, de Almachtige.
2 Korinthe 6:14-18 (HSV).
Wilt u meer nieuws ontvangen over Israël? Klik hier voor de dagelijkse gratis e-mail nieuwsbrief.