Shabbatslezingen: God is streng voor wie Hem dient

‘Aan degenen die Mij het naaste staan, zal Ik Mij de Heilige betonen en ten aanschouwen van het gehele volk zal Ik Mij verheerlijken’, lazen we eerder na de dood van Aärons zonen. God is streng voor Mozes, die Hem zo goed kent, wanneer deze ongehoorzaam is.

Door Redactie Israeltoday.nl |

De Bijbelgedeelten voor de komende shabbat Choekat (Verordening, wet) + Balak zijn:

✡ Torahlezing: Numeri 19:1 – 25:9,
✡ Profetenlezing: Micha 5:6 – 6:8,
✡ Brit Chadashah, Nieuwe Testament: Johannes 3:10-21 en Romeinen 11:25-32.
In verband met het onderwerp wijken we daar van af.

Een gedeelte uit de Torahlezing
Luister toch, ongehoorzamen, zullen wij voor u uit deze rots water voortbrengen? zei Mozes, toen de Israëlieten voor de zoveelste keer kwamen mopperen. Daarmee was hij zelf ongehoorzaam, door God niet de eer te geven, en door tegen de rots te slaan, in plaats van er tegen te spreken, zoals God hem had geboden.

Maar er was voor de gemeenschap geen water. Toen kwamen zij bijeen tegen Mozes en tegen Aäron. En het volk kreeg onenigheid met Mozes. Zij zeiden: Hadden wij maar de geest gegeven, toen onze broeders voor het aangezicht van de HEERE de geest gaven! En waarom hebt u de gemeente van de HEERE in deze woestijn gebracht? Om hier te sterven, wij en ons vee? En waarom hebt u ons uit Egypte laten vertrekken? Om ons op deze ellendige plaats te brengen? Het is geen plaats voor zaaigoed, evenmin voor vijgenbomen, wijnstokken en granaatappels. Ook is er geen water om te drinken.
Toen gingen Mozes en Aäron van de gemeente weg naar de ingang van de tent van ontmoeting, en zij wierpen zich met hun gezicht ter aarde. En de heerlijkheid van de HEERE verscheen hun. De HEERE sprak tot Mozes: Neem de staf en roep de gemeen­schap bijeen, u en Aäron, uw broer, en spreek voor hun ogen tot de rots, en die zal zijn water geven. Zo zult u water voor hen voortbrengen uit de rots, en u zult de gemeenschap en hun vee laten drinken.
Toen nam Mozes de staf van voor het aangezicht van de HEERE, zoals Hij hem geboden had. En Mozes en Aäron riepen de gemeente voor de rots bijeen, en hij zei tegen hen: Luister toch, ongehoor­zamen, zullen wij voor u uit deze rots water voort­brengen?
Toen hief Mozes zijn hand op en hij sloeg de rots twee keer met zijn staf, en er kwam veel water uit, zodat de gemeenschap en hun vee konden drinken.
Maar de HEERE zei tegen Mozes en tegen Aäron: Omdat u niet in Mij geloofd hebt, en Mij voor de ogen van de Israëlieten niet geheiligd hebt, zult u deze gemeente niet in het land brengen dat Ik hun gegeven heb.
Dit is het water van Meriba, waar de Israëlieten de HEERE ter verantwoording riepen, en waar Hij onder hen geheiligd werd.

Numeri 20:2-13 (HSV).

Een gedeelte uit de Profetenlezing
‘Een daad van onbedachtzaamheid, kan maken dat men jaren schreit’, luidt een oud spreekwoord. Mozes ondoor­dachte daad, als reactie op het gemopper van het volk, had grote gevolgen voor het volk: hij mocht het beloofde land niet betreden, en stierf bij de grens.

Beklim het Abarimgebergte, dat is de berg Nebo, die in het land van Moab ligt en die zich tegenover Jericho bevindt, en zie het land Kanaän, dat Ik aan de Israëlieten in bezit geef. En sterf dan op de berg die u beklimmen zult, en word verenigd met uw voorgeslacht, zoals uw broer Aäron gestorven is op de berg Hor en met zijn voorgeslacht verenigd is. Daarom, omdat u Mij ontrouw bent geweest te midden van de Israëlieten, bij het water van de twist van Kades, in de woestijn Zin, omdat u Mij niet geheiligd hebt te midden van de Israëlieten.


Hij leidde hen overdag met een wolk, de hele nacht met een lichtend vuur. Hij spleet de rotsen doormidden in de woestijn en liet hen overvloedig drinken als uit diepe wateren. Want Hij bracht stromen voort uit de rots en deed water neerstorten als rivieren.


Zij maakten Hem zeer toornig bij het water van Meriba, het verging Mozes slecht omwille van hen. Want zij tergden zijn geest, zodat hij met zijn lippen ondoor­dachte woorden sprak.

Deuteronomium 32:48-51, Psalm 78:15,16 en 106:32-33 (HSV).

Een gedeelte uit het Nieuwe Testament
Denk niet: dat is een leuk stukje geschiedenis, een mooi verhaal, zegt Paulus, want ‘al deze dingen zijn hun over­komen als voorbeelden voor ons’, om niet dezelfde fouten te maken door gemopper, ongehoorzaamheid of eer voor onszelf zoeken.

En ik wil niet, broeders, dat u er geen weet van hebt dat onze vaderen allen onder de wolk waren en allen door de zee zijn gegaan, en dat allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee, en allen hetzelfde geestelijke voedsel gegeten hebben, en allen dezelfde geestelijke drank gedronken hebben. Zij dronken namelijk uit een geestelijke rots, die hen volgde; en die rots was Christus. Maar in de meesten van hen heeft God geen welgevallen gehad, want zij zijn neergeveld in de woestijn.


Al deze dingen nu zijn hun overkomen als voorbeelden voor ons, en ze zijn beschreven tot waarschuwing voor ons, over wie het einde van de eeuwen gekomen is. Daarom, wie denkt te staan, laat hij oppassen dat hij niet valt. Meer dan een menselijke verzoeking is u niet overkomen. En God is getrouw: Hij zal niet toelaten dat u verzocht wordt boven wat u aankunt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven om die te kunnen doorstaan.

1 Korinthe 10:1-5 en 11-13 (HSV).

Wilt u meer nieuws ontvangen over Israël? Klik hier voor de dagelijkse gratis e-mail nieuwsbrief.