Kan een aardbeving vijanden uit het Midden-Oosten bij elkaar brengen?

Israël, Turkije, Syrië, Iran en anderen landen die lang door haat werden gedomineerd, werken nu samen om levens te redden.

Door Fiamma Nirenstein | | Onderwerpen: aardbeving, Turkije, Syrië
Een IDF zoek- en reddingsteam zoekt naar overlevenden in Turkije. Foto: Twitter

Niets maakt de kwetsbaarheid van het menselijk bestaan beter zichtbaar dan een enorme natuurramp, zoals die Turkije en Syrië nu meemaken na een zware aardbeving. De zoektocht naar overlevenden, de verzorging van de gewonden en ten slotte het enorme project van wederopbouw doen onze kleinschalige menselijke conflicten belachelijk lijken. Het schouwspel van kinderen die uit het puin worden getrokken waaronder hun ouders misschien wel dood liggen, herinnert ons aan de verschrikkelijke kwetsbaarheid van het leven.

Maar de veelheid van conflicten in het Midden-Oosten komt ook naar voren in deze massale humanitaire inspanning.

De Turkse president Recep Tayyip Erdoğan staat nu in het middelpunt van de belangstelling. Hij speelt al politiek en probeert zich voor te doen als de almachtige prins van het rijk die alles weet en alles regelt. De hele wereld is naar hem toe gesneld om hun sympathie en hulp aan te bieden, en toch ontkomt hij niet aan zijn imago als de beste vijand van het Westen.

De Syrische dictator Bashar Assad daarentegen is grotendeels uit de schijnwerpers verdwenen nu de wereld al geruime tijd getuige is van de voortdurende afslachting van zijn volk. Datelfde volk heeft nu een verschrikkelijke klap te verwerken gekregen die het verschrikkelijke lijden van dit door oorlog verscheurde land alleen maar heeft vergroot.

Erdoğan is dus de aangewezen man voor internationale hulp, waarbij de Amerikaanse president Joe Biden en minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken onmiddellijk na de aardbeving hulp hebben toegezegd. Maar zij moeten ook zorgvuldig de politieke gevolgen van hun acties afwegen, aangezien Turkije slechts twee maanden verwijderd is van verkiezingen waarbij Erdoğan heel goed een nederlaag zou kunnen lijden. De inflatie in Turkije bedraagt meer dan 80%, de economie ligt op haar gat en Erdoğans gevangenissen zitten vol met dissidenten en vermeende spionnen en verraders. Daarbij komt nog de schaduw van Erdoğans neo-Ottomaanse ambities op het gebied van buitenlands beleid om de Turkse invloedssfeer uit te breiden naar Libië en Syrië.

Wat de Amerikanen echter de meeste zorgen baart, is het dubbelzinnige beleid van Turkije ten aanzien van de Russische invasie in Oekraïne. Erdogan lijkt in het beste geval vastbesloten om de rol van bemiddelaar te spelen. Er zijn echter tekenen dat hij beide kanten speelt: hij levert drones aan Oekraïne, maar exporteert ook microchips, chemicaliën en andere producten naar Rusland die kunnen worden gebruikt in de lopende oorlog van Rusland tegen zijn buurland. Brian Nelson, de hoogste sanctiefunctionaris van het Amerikaanse ministerie van Financiën, heeft Erdoğan al gewaarschuwd deze exporten te stoppen. De Amerikanen zijn ook niet blij met Erdoğans dreigement om Zweden en Finland uit de NAVO te weren.

Zelfs tussen de aardbevingsslachtoffers wordt politiek gespeeld. Turkije en Syrië zijn nu verenigd in de ramp, maar ze werken verre van samen in de respons. Erdoğan en Assad liggen overhoop over de Koerden, ISIS, de rol van pro- en anti-Assad milities en andere kwesties.

Tegelijkertijd loert de Russische president Vladimir Poetin op de achtergrond. Hij controleert in wezen Syrië en zou Erdoğan kunnen vragen ten minste met Assad te praten, zoals Poetin naar verluidt in het verleden heeft gedaan. De westerse machten zouden hier echter niet blij mee kunnen zijn.

Ondanks de politisering van al deze verschrikkingen zijn er echter ook lichtpuntjes geweest, voorbeelden van oprechte en zelfs ontroerende vrijgevigheid, zoals het aanbod van de Oekraïense president Volodymyr Zelensky om hulp te sturen ondanks de wanhopige strijd van zijn land om te overleven.

Israël, dat een lange traditie van humanitaire hulp heeft, heeft zijn vele binnenlandse problemen vergeten en is Turkije na de aardbeving te hulp geschoten door veldhospitalen te bouwen en deel te nemen aan reddingsoperaties. Opmerkelijk genoeg helpt Israël in het geheim ook Syrië – een vijandelijke staat – om de ramp het hoofd te bieden. Dit was geen gemakkelijke beslissing en bracht Israëlische hulpverleners in gevaar. Toch is Israël erin geslaagd en levert het de grootste delegatie ter plaatse, die al 12 onder het puin bedolven mensen heeft gered.

Maar er zijn ook enkele onheilspellende tekenen: Israëls aartsvijand Iran is ook betrokken bij de reddingsoperatie, met Iraanse hulpverleners die naast Israëli’s en burgers van de Abraham-landen worden gezien. Een groot Iraans vliegtuig is geland in Damascus, geladen met hulpgoederen volgens Iraanse bronnen – maar wie kan hen vertrouwen? En nu opereren de Israëli’s ook op Syrisch grondgebied, waar Iran bijna even machtig is als Rusland. In Gaziantep, Turkije, waren Iraniërs op de achtergrond te zien tijdens een tv-reportage van een Israëlische journalist.

Is het mogelijk dat deze strijdende partijen een gemeenschappelijke basis vinden in hun humanitaire inspanningen? Het lijkt onwaarschijnlijk dat de Iraniërs en Hezbollah, die nu samenleven met Israël en andere gezworen vijanden in de getroffen gebieden, zullen proberen betere menselijke betrekkingen op te bouwen. Maar niets is onmogelijk. Ze zijn allemaal samen in het epicentrum en werken hand in hand om de getroffen bevolking te redden. Misschien is dat genoeg om ten minste enkele sjiitische islamisten ter plaatse aan het denken te zetten over de haat die hun acties drijft?

“Er zijn meer dingen tussen hemel en aarde dan jullie schoolse wijsheid kan dromen.”

Israel Today nieuwbrief

Dagelijks nieuws

Gratis in uw mailbox

Israel Heute Newsletter

Tägliche Nachrichten

FREI in Ihrer Inbox