Jordanië wil profiteren van post-Netanyahu tijdperk

De Israëlische minister van Economie Orna Barbivai en de Jordaanse minister van Industrie en Handel Yousef Alshamali hebben vorige week in Jordanië vergaderd over de versterking van de economische banden tussen de buurlanden.

Door Rami Dabbas |

Het was de eerste dergelijke ontmoeting in tien jaar en komt op een moment dat Israël erop gebrand is de banden met Jordanië, die tijdens de lange ambtstermijn van voormalig premier Benjamin Netanyahu enigszins gespannen waren geraakt, in stand te houden en te versterken.

Tijdens de ontmoeting bespraken de ministers de vernieuwing van het handels­akkoord tussen de twee landen, de weder­zijdse erkenning van normen, de uitbreiding van het toerisme, en veel meer.

Zij ondertekenden ook een overeenkomst, die de toekomstige plafonds voor producten die Jordanië naar de Palestijnse Autoriteit mag uitvoeren, zal uitbreiden. Israël erkent het belang van economische samen­werking met het Hashemitisch Koninkrijk als een strategisch doel dat belangrijk is voor de regionale stabiliteit.

Minister van Economie en Industrie, mevrouw Orna Barbivai (Yesh Atid): ‘De handels­voordelen die vandaag tussen de Israëlische regering en Jordanië zijn overeen­gekomen, vormen een belangrijke dimensie in de versterking van de diplomatieke betrekkingen tussen beide landen. Het verdiepen van de civiele en econo­mische banden draagt bij tot de bilaterale betrekkingen, de nationale veiligheid en de bescherming van Israëls langste en rustigste grens.’

De Jordaanse minister van Industrie en Handel, Yousef Alshamali, concentreerde zich op de Palestijnse invalshoek en merkte op dat de nieuwe overeenkomst het mogelijk maakt dat zo’n 425 nieuwe producten de Palestijnse Autoriteit binnenkomen voor een bedrag van $ 730 miljoen per jaar, zonder dat aan Israël invoerrechten of belasting heft.

‘De nieuwe handelsregelingen vormen een nieuwe stimulans voor de totstandbrenging van langdurige samen­werkings­betrekkingen tussen vertegen­woordigers van de particuliere sector in Jordanië en Palestina’, aldus Alshamali.

Alshamali (links) en Barbivai, vorige week in Amman. (Foto: Yossi Ipregan/GPO)

Jordaanse reacties

Israel Today nam contact op met Lorance Awwad, hoofd van de Watan Vereniging voor Mensen­rechten in Amman, en vroeg naar zijn reactie op deze overeen­komst. ‘Israël en Jordanië hebben meer gemeen dan wat ons scheidt, dus ik ben blij met deze overeen­komst en de toegenomen samen­werking,’ zei hij.

Abdullah Sawalha, een politiek analist en directeur van het Centrum voor Israël Studies en Onderzoek in Amman, voegde daaraan toe: ‘Dit is een nieuw tijdperk na lange geschillen tijdens de dagen van Netanyahu’s bewind.’ Tegelijkertijd is Sawalha, net als veel Jordaniërs, op zijn hoede voor de nieuwe Israëlische premier Naftali Bennett, een religieuze Joodse nationalist die nog rechtser is dan Netanyahu.

‘We moeten niet wedden op de huidige Israëlische premier,’ stelde Sawalha. ‘Zijn standpunt over het Israëlisch-Palestijnse conflict en zijn verzet tegen een twee­staten­oplossing zijn problematisch. Hij heeft ook een beperkte steunbasis in Israël, en is alleen premier geworden door buiten­gewone omstan­dig­heden en niet door een stabiel politiek proces.’

Bennett, vervolgde Sawalha, is geen onafhankelijke besluit­vormer zoals Netanyahu was. Dit is volgens hem een kans. ‘De nieuwe Israëlische regering is politiek of ideologisch niet homogeen. Er zijn veel verschillen en tegen­stellingen, en dit is een kans voor Jordanië om winst te boeken,’ legde Sawalha uit.

Oppositie-activist Anwar Majali herinnerde eraan, dat de meeste mensen in Jordanië van Palestijnse afkomst zijn, en geen verdere normalisatie tussen de twee landen willen. Maar ‘we weten allemaal dat de Arabische regeringen niet de wil van het volk vertegen­woordigen, dus dergelijke overeen­komsten zijn niet verwonderlijk zolang die regeringen blijven bestaan,’ verklaarde hij enigszins onheil­spellend.

Wilt u meer nieuws over Israël ontvangen? Klik hier voor de dagelijkse gratis e-mail nieuws­brief.