Israëlische defensie-industrie wordt volwassen

Enkele weken geleden werd bekend dat Israel Aero­space Industries (IAI) de ‘Kfir’ gevechts­vlieg­tuigen van de Colom­biaanse lucht­macht gaat moder­niseren. Hoe zat het ook alweer met dit in Israël ontwik­kelde en geprodu­ceerde toestel?

Door Redactie Israeltoday.nl |

De Zesdaagse Oorlog, in juni 1967, werd door Israël in de lucht met voornamelijk Franse Mirages uitgevochten. Als reactie op deze oorlog stelde Frankrijk, onder leiding van toenmalig president Charles de Gaulle, een wapen­embargo in tegen Israël. De Israëlische luchtmacht had kort voor juni 1967 de nieuwste Mirage 5 besteld in Frankrijk, maar kreeg deze dus niet geleverd.

Hoe moest de Israëlische superioriteit in de lucht nu gehandhaafd blijven als Israël geen betrouw­bare leverancier meer had? Amerika zou later de grootste en trouwste bond­genoot en wapen­leverancier worden, maar dat moest toen allemaal nog beginnen.
Dit ernstige probleem loste Israël op door een knap staaltje spionagewerk, wat uiteindelijk uitmondde in de ontwikkeling en productie van een geheel nieuw vliegtuig.

Israël kreeg in die tijd ook geen reserve-onderdelen meer van Frankrijk voor haar bestaande vloot van Mirages. In Zwitserland werden onderdelen voor de nieuwe Mirage 5 gemaakt, en de Israëlische buiten­landse inlichtingen­dienst, de legendarische ‘Mossad’ rekruteerde een Zwitsers ingenieur om ontwerp- en productie­tekeningen te stelen, en via een smokkelroute in Israël te krijgen.

De Zwitser werd aan het einde van de operatie door de Zwitserse veilig­heids­dienst gepakt, en onder grote druk van de Franse regering aange­klaagd voor land­verraad, maar kreeg gelukkig voor hem van de Zwitserse rechter ‘slechts’ vier jaar gevangenisstraf onder milde omstan­dig­heden. Zijn operatie eindigde gelukkig precies op tijd; Israël had genoeg documenten om te beginnen aan de ontwikkeling en productie van de IAI ‘Nesher’ (havik) waarbij dit prototype vliegtuig werd verbeterd en door­ontwik­keld tot de ‘Kfir’ (leeuwenwelp).

De ontwikkeling en productie van de ‘Nesher’ startte in 1972 en IAI plaatste al snel een sterk gewijzigde, veel krachtiger Ameri­kaanse straal­motor , de General Electric J79, in het vliegtuig, in plaats van een straal­motor van Franse makelij, die origineel in de Mirage 5 zat.

Toen de uiteindelijke ‘Kfir’ in begin 1979 zijn eerste vlucht maakte, waren de reacties in inter­nationale defensie­kringen erg enthousiast. Men zag een gevechts­vliegtuig met hoog­waardige techno­logie en goede vlieg­prestaties, maar wat ook opviel was, dat het toestel relatief goed­koop was. Veel landen toonden belang­stelling in het toestel en wilden het aan­schaffen. Amerika stak daar echter een stokje voor, omdat er een straal­motor in zat met Ameri­kaanse technologie.

De ‘Kfir’ deed zijn intrede in de Israëlische luchtmacht (IAF) en kreeg al snel zijn vuurdoop in de ‘Libanon­oorlog’ van 1982. Het toestel is in gevechts­missies vooral ingezet voor aanvallen op de grond, om bijvoor­beeld Syrische afweer­raket­installaties uit te schakelen.

Toch werd al vrij snel duidelijk dat de ‘Kfir’ van eigen makelij, geen lang leven beschoren was in de IAF. Amerika bood Israël een financieel hulppro­gramma aan voor haar strijd­krachten, na het vredes­akkoord met Egypte in 1979, op voorwaarde dat het geld uitsluitend wordt besteed in de Amerikaanse wapenindustrie. Met de komst van de Amerikaanse F-15 en F-16 had Israël bijna vliegtuigen ‘te veel’.

Israël kreeg wel toestemming om de Kfir te exporteren, en de lucht­machten van Sri Lanka, Colombia en Ecuador, en verras­send genoeg de Amerikaanse marine schaften de Kfir aan. De laatste zette het toestel in als trainings­toestel onder een nieuw aanduiding; F-21.


Een cockpit vol elektronica.

Van de ‘IAI Kfir C2’, zoals het toestel wordt aangeduid, werden er vermoedelijk zo’n 220 stuks geproduceerd. Met de Kfir, weliswaar afgeleid van de Mirage 5, bewees Israël dat ze de kennis op papier, maar ook de echte productie­capaciteiten in huis hebben, om een eigen vliegtuig te produceren en het toestel ook in dienst te nemen. Het bedrijf IAI, wat in het begin Israel Aircraft Industries heette, vergrootte zijn mogelijk­heden enorm tot het staatsbedrijf, wat het heden ten dage is met zo’n 15000 medewerkers, en het heet nu Israel Aerospace Industries.

Het begon met het aanpassen van veroverde vliegtuigen na de 6-daagse oorlog, het produceren van een heel eigen vliegtuig, en nu maakt het bedrijf zelfs ruimtesatellieten. Met de productie van de Kfir bewees de Israëlische defensie-industrie dat ze volwassen geworden was.

Zie ook: Wikipedia

Wilt u meer nieuws ontvangen over Israël? Klik hier voor de dagelijkse gratis e-mail nieuwsbrief.