Ik woon in Galilea. We weten wat er gaat komen, je kunt de spanning letterlijk voelen, je kunt de zwaarte in de lucht op veel plaatsen bijna met een mes doorsnijden. De vraag is niet of, maar wanneer. Ons hart breekt als we zien wat er in het zuiden van het land gebeurt. We voelen ons verlamd. Tot nu toe zijn we de afgelopen jaren gespaard gebleven van aanslagen, op een paar geïsoleerde incidenten na, zoals die in april, die alleen een paar steden in het westen van Galilea trof.
Ik ken gezinnen die verrast werden door de raketaanval in april en waarvan de kinderen vandaag de dag nog steeds getraumatiseerd zijn. Ze wonen dicht bij de grens met Libanon en weten dat het binnenkort weer raketten zal regenen. Niet alleen de kinderen zijn bang. De volwassenen zijn zich terdege bewust van het verschil: deze keer zou Hezbollah de touwtjes in handen hebben, en de ervaring leert dat ze de dingen niet half doen. Velen hebben de oorlog van 2006, die een maand duurde, nog in hun botten zitten.
UNIFIL heeft het zuiden van Libanon al verlaten en inwoners van Israëlische steden in de buurt van de grens hebben een bericht ontvangen om hun huizen te evacueren. Legerhelikopters cirkelen in de verte, maar verder heerst er een griezelige kalmte. Het is de stilte voor de storm. Hoe ga je met deze situatie om?
Je gaat op je knieën. Het zijn dit soort situaties die je dichter bij God brengen. Omdat je je realiseert hoe klein jij bent en hoe groot God moet zijn, die alles in zijn handen heeft, inclusief de huidige situatie. Hij kent de achtergrond, Hij weet waarom wat gebeurt, hoe het verder zal gaan en hoe onze toekomst eruit ziet.
Deze alles-of-niets-situatie, waarin het bestaan van de staat Israël in principe op het spel staat, werkt op de zenuwen. Verliezen is geen optie, zelfs de meeste Israëlische Arabieren leven liever onder Joodse heerschappij dan onder Moslimheerschappij.
Deze existentiële crisis biedt de kans om weer dichter bij de Schepper van hemel en aarde te komen. Als we het te goed doen – neemt onze zondige natuur dan niet achteloos afstand van God? En rennen we niet geschokt in de armen van God als we het even niet meer weten en geconfronteerd worden met een situatie die ons totaal overvalt?
Het antwoord is gebed.