De BDS-beweging en de Olympische Spelen in Tokio

Vroeger waren dit sportieve wedstrijden tussen landen­teams op een puur niet-politieke basis. Gewoon sport. Maar zoals elk jaar proberen mensen de Olym­pische Spelen te politi­seren en Israël te demo­niseren, mensen die proberen meer Palestijns te zijn dan de Palestijnen zelf.

Door Edy Cohen |

Afbeelding: Het Israëlische Judoteam. (Foto: Ori Sasson/Flash90)

Deze keer waren er een Algerijn, een Soedanees en een Libanees die weigerden om het op te nemen tegen hun Israëlische tegen­standers. De Soedanese minister van Jeugd en Sport, Dr. Youssef Adam Al-Dhi, verklaarde dat het een blessure was die de atleet van zijn land verhin­derde om deel te nemen, maar het was niet duidelijk hoe betrouw­baar deze verklaring was.

De atleten die de Spelen boycotten, beweren dat de Staat Israël het land van een ander volk bezet houdt en de Palestijnse Arabieren mishandelt. De betrekkingen met Israël mogen niet worden genorma­liseerd, ook niet op het niveau van de Olympische Spelen. Israël mag niet worden erkend en moet worden geboycot. Dit zijn allemaal bekende beschul­digingen van degenen die de Israëli’s boycotten, maar de waarheid is anders.

De Arabische atleten die Israël boycotten, zijn in de eerste plaats bang om het tegen een Israëli op te nemen vanwege de schaamte die hun deel zal zijn wanneer zij verliezen. Het gaat hier niet om een ideologie, zoals zij proberen te doen voor­komen. Zij vrezen gewoon, dat als zij van een Zionist zouden verliezen, dit een vernietigend verlies en een schandaal zou zijn, zodat velen de kans liever ontlopen. De Soedanese atleet is een voorbeeld.

Sommige landen, zoals Iran en Libanon, verhinderen elk contact met Israëli’s, en zouden hun atleten niet toestaan om het op te nemen tegen een Israëli, zelfs als zij dat zouden willen. Onlangs zagen we het geval van een Libanese atleet die echt zou willen uitkomen, maar een pressie­campagne verhinderde hem om dit te doen, toen het tijd was om het op te nemen tegen een Israëli. In 2016 ging het Libanese nationale team zo ver dat het zelfs weigerde in dezelfde bus als de Israëli’s te reizen.

Naast alle boycots, was de persoon die in Tokio in het middelpunt van de belangstelling stond de Saoedische judoka Thani al-Qahtani, die het wẽl opnam tegen haar Israëlische tegenstandster. Ondanks alle druk op haar, boog deze Saoedi-Arabische vrouw er niet voor, streed met haar Israëlische tegenspeelster en verloor met 11-0.
Tegen de achtergrond van haar verlies werd een politieke karikatuur­oorlog gevoerd tussen de Saoediërs en de voor­standers van een boycot tegen Israël. Er was veel leed­vermaak in deze oorlog. En er is zelfs een hashtag van de naam van de atlete.

Opgemerkt moet worden dat de Saoedische Staat Thani in feite aanmoedigde om mee te doen en haar zelfs succes wenste.

De meest prominente karikatuur werd getekend door een Palestijn, die gekant is tegen elke normalisatie met Israël. In de tekening prijst hij de twee atleten die de spelen boycotten [Soedanezen en Algerijnen] en toont hij de Saoedische atlete geslagen met haar gezicht opgezwollen en zelfs vernederd met een witte vlag van overgave.

Deze afbeelding wekte de woede op van velen, vooral van de Saoedi’s, die reageerden met een reeks spot­prenten als antwoord. In een van de spot­prenten staan de twee atleten die zich terugtrokken afgebeeld met hun kop in het zand en in het Arabisch staat er sarcastisch: ‘Wij trokken ons terug vanwege de Pales­tijnse kwestie, maar zien duidelijk de grote en machtige Israëlische atleet.’ Met andere woorden, ze waren bang voor hem en dat is de echte reden waarom ze de Israëli boycotten, niet omwille van de Palestijnse kwestie.

Een ander prominent voorbeeld is Anya Alfandi, een beroemde Algerijnse media­persoon­lijk­heid, die bijna een miljoen volgers heeft. Hij schreef, ‘Ze verloor alles,’ met een onflatteuze foto van de Saoedische atlete en het bijschrift, ’11 – 0 tegen Saoedi-Arabië’.

Aan de andere kant waardeerden velen de grote moed die de Saoedische atlete toonde. Veel Saoedische activisten vielen de Palestijnen aan, en vooral Hamas, dat een anti-Israël campagne voert, en verspreidden deze foto:

In het Arabisch staat er: ‘Zij kwam uit tegen de Israëli en liep niet weg; hij zet een masker op en verbergt zich voor de Israëli’s.’

De Saoudische aanpak van de wedstrijden met Israël bewijst zonder enige twijfel, dat Saoedi-Arabië – tot afgrijzen van de islamitische en Arabische wereld – norma­lisatie met Israël wil, al gebeurt dit niet openlijk en niet volledig. Vele jaren geleden zou deze gebeurtenis niet hebben plaatsgevonden. Vandaag sluiten meer landen zich aan bij de norma­lisatie­bewe­ging. De kwestie van de boycots is kinder­achtig en moet ophouden. De leiding van de Olym­pische Spelen moet iedereen die Israël boycot streng straffen. De straffen moeten bijvoor­beeld bestaan uit een verbod van vijf jaar voor elk land waarvan de deel­nemer weigert het op te nemen tegen een Israëlische deelnemer.

De Palestijnen zelf normaliseren elke dag hun betrek­kingen met Israël, nu meer dan 100.000 mensen de Joodse Staat binnenkomen om er te werken. Wat de vraag oproept: Wat zal er gebeuren wanneer een Palestijnse atleet tegenover een Israëlische atleet komt te staan, zal hij of zij Israël boycotten? Dat is helemaal niet zeker. De Palestijnen hebben veel meer te winnen dan te verliezen!

De Arabieren moeten ophouden te proberen meer Palestijn te zijn dan de Palestijnen zelf.

Wilt u meer nieuws over Israël ontvangen? Klik hier voor de dagelijkse gratis e-mail nieuws­brief.