Antisemitisme op het internet

Minister van Diaspora Omar Yankelevich heeft dit weekeinde de EU-ambassadeur gegevens over antisemitisme op Twitter gepresenteerd, Zij kwamen overeen om samen te werken om de Joodse gemeenschappen in Europa veilig te houden en om online antisemitisme te monitoren.

Door Yossi Aloni |

In de afgelopen twee maanden (juni en juli 2020) zijn er 14.210 antisemitische tweets gepost in Europese landen. Het grootste aantal antisemitische tweets werd geregistreerd in Frankrijk (9.150 tweets geüpload door 3.000 websurfers), gevolgd door Duitsland (2.470), Spanje (2.080), België (220), Ierland (168) en Oostenrijk (93 tweets).

Deze gegevens waren verzameld door het monitoring­systeem van het ministerie van Diaspora-zaken. In totaal identificeerde het monitoring­systeem 14.210 antisemitische tweets die door 4.680 gebruikers in deze zes landen werden gepost, op een totaal van 266.200 berichten die door 114.600 gebruikers werden geüpload.

Minister Jankelevitsj (links)

Minister van Diasporazaken Omar Yankelevich presenteerde deze gegevens tijdens een bijeenkomst afgelopen weekend met de EU-ambassadeur in Israël, Emanuel Joffre, waarin zij overeenkwamen samen te werken bij de bescherming van de Joodse gemeenschappen in Europa, het monitoren van online antisemitisme en het garanderen van de godsdienstvrijheid van de Europese Joden. Volgens Jankelevitsj illustreert het verschil in het aantal tweets tussen de landen het belang van uitgebreide wetgeving en daadkrachtige handhaving tegen het aanzetten tot haat.

Gezien de gepresenteerde gegevens heeft de minister getracht de samenwerking met de EU te versterken en de financiering te stroomlijnen die gemeenschappen van de EU ontvangen voor veiligheids­maatregelen. Dit om de veiligheid van de Joodse gemeenschappen in Europa te waarborgen. De ambassadeur heeft zich bereid verklaard om nauw met Israël samen te werken voor de bestrijding van het fenomeen van toenemend antisemitisme op het internet en ‘op de grond’. De twee bespraken ook creatieve manieren om de Joodse gemeenschappen in Israël te verbinden met gemeenschappen in heel Europa.

Minister Yankelevich: ‘De Europese Joden maken een moeilijke periode door tijdens de Corona-crisis. Meer dan duizend Joden zijn gestorven aan het virus, waaronder rabbijnen en gemeenschaps­leiders. Vooral in deze periode moeten we in volledige samen­werking met de EU werken aan het behoud van de veiligheid en het bestaan van de Joodse gemeen­schappen in Europa. Ik dank de ambassadeur voor zijn bereidheid om te helpen bij deze kwestie en om het antisemitisme op het internet in de gaten te houden en de godsdienstvrijheid van de joden in de EU-landen te behouden. Dit is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid.

Oproep aan de internetreuzen
‘Sociale netwerken hebben antisemitische haatzaaiende toespraken te lang laten gedijen’, schreeef de minister van Strategische Zaken, Orit Farkash-Hacohen (foto bovenaan), in een oproep aan de internetreuzen om hun handhavingsbeleid tegen haatzaaiende uitlatingen te veranderen, waaronder het aanzetten tot geweld, de-legitimatie van de Staat Israël en uitingen van antisemitisme.

Hij deed deze oproep in een artikel in Newsweek, de op één na meest verspreide publicatie in de Verenigde Staten met meer dan 30 miljoen hits per maand. Farkash-Hacohen schreef:

‘In een tijd waarin de hele wereld zich zorgen maakt over de grootste gezondheidscrisis die we hebben gezien, lijdt het internet aan een niet minder ernstige infectie – het VIRUS VAN HAAT. Media­reuzen hebben het discours van haat, opruiing en antisemitisme te lang online laten gedijen. De tijd is gekomen dat de bazen van sociale media hun verant­woorde­lijkheid nemen en het internet reinigen van het gif dat het overspoelt. Vrijheid van menings­uiting is niet de vrijheid om haat te verspreiden’.

Het artikel werd gepubliceerd als onderdeel van een brede beweging, onder leiding van minister Farkash-Hacohen en het ministerie van Strategische Zaken met betrekking tot sociale-mediabedrijven, om hen te dwingen duidelijke definities aan te nemen tegen uitingen van delegitimisering van de Staat Israël, als integraal onderdeel van het handhaven van het beleid betreffende haatdragende taal online.

De minister verwees naar berichten die recentelijk door het management van Facebook zijn gepubliceerd en zei dat er op dit gebied meer moet worden gedaan. Ze zei:

‘Jarenlang, Terwijl ze erkenden dat er een probleem was en zeiden dat ze meer te doen hadden, lieten de sociale-mediagiganten meestal het probleem jarenlang etteren en namen ze weinig proactieve maatregelen om de online haat aan te pakken. Hun gebruiks­voor­waarden zijn breedsprakig en vatbaar voor meer uitleggingen als het gaat om de uitvoering ervan. Hoewel er tekenen zijn dat ze het probleem eindelijk serieus beginnen te nemen, zullen we het geloven als we het zien, doordat er actie wordt ondernomen’.

Minister Farkash-Hacohen adviseert een tweefasenplan. Zij roept bedrijven op om de IHRA-definitie van internationaal antisemitisme over te nemen en een beleid van transparantie en verslaglegging over de uitvoering van de definitie te voeren. In haar artikel bevestigt de minister de vrijheid van meningsuiting en het recht om de Staat Israël en zijn activiteiten te bekritiseren.

De minister besluit haar artikel met:
‘wel, het wordt tijd dat alle leiders van de sociale media iets gaan tegen haatzaaien. Hoe eerder hoe beter. Het zijn de sociale mediaplatforms die de huidige beeldvorming en de publieke opinie controleren. Een dergelijke immense invloed moet gepaard gaan met verantwoordelijkheid.’


Wilt u meer nieuws over Israël ontvangen? Klik hier voor de dagelijkse gratis e-mail nieuws­brief.